Persoonlijke attenties met waarde minder dan € 25 vormen geen loon

Een eigenaresse van een schildersbedrijf die haar personeel met Sinterklaas en Kerst beloonde met een chocoladeletter en een banketstaaf heeft correct gebruik gemaakt van de regeling voor kleine geschenken en hoeft geen loonheffingen af te staan. Dat oordeelde de Rechtbank Gelderland.

Eiseres exploiteert een schildersbedrijf. De inspecteur van de Belastingdienst heeft in de loop van de jaren 2011 tot en met 2013 een boekenonderzoek naar de afdracht van loonheffingen bij eiseres ingesteld. Eiseres heeft in december 2010 negentig relatiegeschenken gekocht voor € 29,95 per stuk. Tevens heeft zij op 3 december 2010 vijftig chocoladeletters (per stuk € 7,20) en tweeëntwintig banketstaven (per stuk € 3,60) gekocht. Volgens verweerder volgt hieruit dat eiseres in december 2010 aan haar werknemers ter gelegenheid van Sinterklaas en Kerst een geschenk heeft aangeboden met een waarde van € 40 per werknemer. Eiseres heeft hierover geen loonheffing afgedragen.

De eigenaresse van het schildersbedrijf stelt dat sprake is van zogenaamde kleine geschenken, omdat de verstrekkingen voor Sinterklaas en Kerst een gezamenlijke waarde van minder dan € 25 hebben, zodat heffing achterwege moet blijven. Op de zitting heeft zij nog toegevoegd dat zij de relatiegeschenken niet aan haar werknemers heeft verstrekt, maar slechts aan haar klanten.

De inspecteur kon niet aannemelijk maken dat de relatiegeschenken ook aan de werknemers zijn verstrekt. Voor de chocoladeletters en banketstaven kan de eiseres voor deze geschenken een beroep doen op de regeling voor kleine geschenken, zoals opgenomen in het Besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 5 juli 2011, nr. BLKB2011/618M (paragraaf 4.9). Daarin is vermeld dat persoonlijke attenties met een waarde van minder dan € 25 niet als loon worden aangemerkt. Niet valt in te zien dat deze regeling alleen zou gelden voor werkgevers die de werkkostenregeling toepassen. Aan de omstandigheid dat deze regeling is opgenomen in een paragraaf over de werkkostenregeling kan in dit geval geen argument worden ontleend. De rechtbank verklaart het beroep met betrekking tot dit geschilpunt dan ook gegrond. Bron: Rechtbank Gelderland 2-6-2015.

Comments are closed.